Larry Grimes zucht na elke zin. Kris Kristofferson doet dat ook, maar die is een stuk ouder. Een vrolijk plaatje is het niet, dit Concrete Statue (eigen beheer) van Larry Grimes, een artiest zonder website. De singer-songwriter uit Mobile, Alabama, heeft het over de dood en, gelukkig maar, het leven. Zijn nogal sombere kijk op de dingen overheerst. Zoals blijkt uit het eerste nummer van de cd (de titelsong) en het slotnummer 2.974. De gebeurtenissen van 11 september 2001 en de reactie daarop brengt hij in verband met meer…



Mannen met baarden, armen vol tatoeages en stemmen als een boze dondergod boezemen angst in. Zeker als ze ook nog eens een donkere zonnebril dragen. Maar niet William Elliott Whitmore. Als hij
De compilaties op het Britse label Ace zijn bijna zonder uitzondering formidabel. Ze zorgen er voor een perfect geluid door alleen maar met originele opnamen aan het werk te gaan. Bovendien zijn het louter kenners die de popgeschiedenis in een juist perspectief weten te plaatsen. Met Theme Time Radio Hour – With Your Host Bob Dylan – Season 2 (Ace/Munich) hebben ze de regie tot op zekere hoogte uit handen gegeven. Op deze dubbel-cd (50 nummers, meer dan 150 minuten) staan
Hayward Williams is te gast op Highway Specific (eigen beheer) van
Zorgvuldig gearrangeerde popsongs staan er op En Route (eigen beheer) van de uit Baltimore, Maryland, afkomstige
Niet alle artiesten sturen direct een cd op als wij van altcountry.nl ze vragen om een recensie-exemplaar. Van
Het lijkt op de hoesfoto wel West Texas, maar in Canada hebben ze blijkbaar ook van dat door de hemel opgesloten land. Sky Locked Land (Riverdale) is de vierde cd van de hier nog onbekende Canadees
Niet bijster origineel is het fenomeen coveralbum; velen hebben zich met wisselend succes gestort op het repertoire van anderen. Ook Joe Pernice waagt zich op It Feels So Good When I Stop (Ashmont Records/Bertus Distributie) aan liedjes van onder meer Del Shannon (I Go To Pieces), James en Bobby Purify (I’m Your Puppet) en Todd Rungren (Hello It’s Me), maar meer avontuurlijk en minder voor de hand liggend ook aan songs van Sebadoh (Soul And Fire), Plush (Found A Little Baby), The Dream Syndicate (Tell Me When It’s Over) en
Het oeuvre van
‘I’m moving into another, bigger arena.’ Het zijn Clarks eigen woorden ontleend aan de pers-bio die No Other begeleidde. En hoe waar waren die woorden. Gene Clark kende als solo-artiest geen grote commerciële successen. In 1969, kort nadat Clark ‘Eight Miles High’ schreef, verliet hij The Byrds vanwege nota bene vliegangst. Clark hield echter zowel manager als platenlabel CBS aan. Deze laatsten waren er dan ook verantwoordelijk voor dat Clarks werkelijk geniale solodebuut, Gene Clark With The Gosdin Brothers, 