Joe Ely, de aartsvader van de alt-country, is gisteren op 78-jarige leeftijd overleden aan de gevolgen van dementie, Parkinson en longontsteking. In 2007 trad hij voor het laatst op in Nederland tijdens het festival Blue Highways in Utrecht. Onderstaand een lichtjes aangepast voorverhaal dat destijds op deze site stond. Binnenkort meer over de Texaan van wie ook dit jaar nog een uitstekend album verscheen met Love + Freedom.
SPREEK UIT IE-LIE staat er in kapitale kopletters op de pagina vol elpeerecensies. De bespreking in Muziekkrant Oor waar de kop op gebaseerd is, begint met ‘Deze geweldige elpee…’ en eindigt met ‘…biedt zowel voor country- als voor rockfans uitstekende perspectieven. De plaat is één kompleet, dynamuzikaal evenement’. Het is 1978. Die IE-LIE is natuurlijk de op dat moment nog onbekende Joe Ely en de plaat waar het om gaat is Honky Tonk Masquerade. Die plaat zal mijn leven veranderen.
Zestien ben ik en totaal verslingerd aan countryrock. Maar goede platen in het genre worden er in 1978 nauwelijks meer gemaakt. De hoogtijdagen van de countryrock zijn voorbij. De Eagles staan als zelfvoldane miljonairs model voor alles wat verwerpelijk is in die tijd van punkrevolutie. Maar daar presenteert Muziekkrant Oor zomaar de toekomst van de countryrock en zijn naam is Joe Ely. De jonge Texaan rockt harder dan de countryrockers ooit hebben gedaan en tegelijkertijd stopt hij veel meer stijlelementen uit de country in zijn hete mengsel dat enkele jaren later in de New Musical Express wordt omschreven als ‘texasrock’n’swingnewwavecountry’.
Als er iemand aanspraak maakt op de titel aartsvader van de alt-country, dan is het Joe Ely. In 2007 zou de Texaan meermalen de bewijzen aandragen voor die stelling. Allereerst verscheen op zijn zestigste verjaardag de cd Happy Songs From Rattlesnake Gulch op zijn eigen label Rack ‘Em Records. Verder verraste hij met het boek Bonfire Of Roadmaps, waarin zijn belevenissen on the road centraal staan. Een tweede album uit 2007 is Silver City, waarop akoestische liedjes van Ely staan uit zijn beginperiode, nog voordat hij met Jimmie Dale Gilmore en Butch Hancock de Flatlanders zal vormen. En dan stond Joe Ely op Blue Highways in 2007. Dat was tijd ook, want het was toen tien jaar geleden dat hij voor het laatst op een Nederlands podium had gestaan.
Joe Ely maakt in 1978 duidelijk dat er naast het softe gedoe van de oude helden ook nog een heel levendige variant van countryrock bestaat. De Texaanse roots van Ely maken het verschil. Op Honky Tonk Masquerade smelten allerlei invloeden op geheel natuurlijke wijze samen tot een swingend geheel. En met Jesse Taylor op gitaar, Lloyd Maines op steel en Ponty Bone op accordeon heeft Ely de beschikking over een topband. De gitaarduels tussen Taylor en Maines zijn legendarisch. Lloyd Maines verklaart later in interviews dat het de verdienste van Joe Ely is dat hij iedereen alle ruimte geeft. In zijn rol als producer probeert Maines sindsdien het advies van zijn oude werkgever te volgen: laat vooral de eigen(aardige) aspecten van de individuele musici tot hun volle recht komen.
De roem begint voor de net als Buddy Holly uit Lubbock afkomstige Joe Ely in Engeland. Hij verovert Londen als een wervelwind. Ely is een ware performer en hij maakt tijdens zijn optredens grote indruk op de leden van The Clash. De punkband vraagt hem zelfs te openen voor hen. Geen probleem, of het nu dronken cowboys in Texas zijn of spuwende punkers in Engeland, de Joe Ely Band blaast iedereen omver. Het in Londen opgenomen album Live Shots (1980) is het bewijs. Er zijn overigens nog meer opnamen van concerten waarop The Joe Ely Band het podium deelt met The Clash.
Zelf zie ik Ely voor het eerst in 1981 in De Melkweg in Amsterdam. Het podium is voor aanvang door schotten aan het zicht onttrokken, maar als het concert eenmaal begint, sta ik helemaal vooraan. Ik kan de cowboylaarzen van mijn held aanraken. De Texanen rocken als wilden. De samenwerking met de Clash en het leven van alsmaar onderweg zijn; het heeft duidelijk zijn sporen nagelaten. De showman Ely wervelt over het podium en stinkt een uur in de wind. Niet alleen door die zweetlucht laat hij een onvergetelijke indruk achter. Dit is rock-’n-roll zoals Elvis Presley het ooit bedoeld heeft. Opwindend en vol energie.
Een dag later staat hij op het Lochem Festival. De Vara zendt er opnamen van uit op de televisie. De Vara-gids schrijft: ‘Hoewel de Kinks het hoofdnummer waren van het Lochemse Dauwtrappers Festival en de meeste bezoekers waarschijnlijk voor de Stray Cats kwamen, werd de beste muziek gemaakt door de Amerikaanse rock en rollzanger Joe Ely’.
Ely slaat een brug tussen country en punk. Heel vreemd is dat niet, want de punkrock heeft zijn wortels in de Engelse pubrock en die is schatplichtig aan de countryrock. Luister maar naar Brinsley Schwarz of Rockpile. En My Aim Is True, het debuut van Elvis Costello, wordt opgenomen met de naar Londen verhuisde countryrockgroep Clover uit San Francisco. Later neemt Costello, ook een fan van Joe Ely, in Nashville met Almost Blue zelfs een echte countryplaat op. En Nick Lowe, punkproducer en voormalig lid van Brinsley Schwarz, trouwt met Carlene Carter, de dochter van June Carter en stiefdochter van Johnny Cash. Diezelfde Carlene Carter staat samen met Ely op het podium in Londen.
Terwijl de countryrock op een dood punt is aanbeland, zorgt Ely voor een enorme stoot energie. Tot een opleving van het genre leidt het echter niet. Joe Ely en de Blasters zijn zo ongeveer de enige artiesten die nog American Music maken in de eerste helft van de jaren tachtig. De Texaan treedt met zijn band op in het voorprogramma van The Rolling Stones, maar daarna raakt ook hij op Hi-Res het spoor wat bijster. Totdat hij in 1987 terugkomt met een messcherpe recht-op-en-neer-stuiterende rockplaat, het geweldige Lord Of The Highway. Op die plaat is saxofonist Bobby Keys present, de man die de Rolling Stones op Sticky Fingers en Exile On Main Street naar grote hoogten heeft geblazen. Net als Ely komt Keys uit Lubbock.
Ely heeft een haat-liefde verhouding met de in het westen van Texas gelegen stad Lubbock. Na de highschool verlaat hij de stad zo snel als hij maar kan en zwerft over de wereld. Maar altijd komt hij er weer terug. In Lubbock lopen voldoende dwarse lui rond, die aan het keurslijf van ‘doe maar gewoon, dan doe je gek genoeg’ trachten te ontsnappen. Met zijn vrienden vormt Ely The Flatlanders. Begin jaren zeventig wonen ze als een soort commune samen in een huis. Nadat The Flatlanders in Nashville een plaat opnemen die echter niet wordt uitgebracht, begint Ely zijn eigen band. De bandleden komen allemaal uit Lubbock en vooral Jesse ‘Guitar’ Taylor is een grote vriend. Meermalen trekken de twee avonturiers samen als hobo’s op goederentreinen door Amerika. Het maakt het nummer Boxcars van Honky Tonk Masquerade nog veel specialer. Het mooiste aan de muziek van Ely is dat je kunt horen dat hij zijn muziek geleefd heeft.
In een uitstekend verhaal in Muziekkant Oor, twee weken na die jubelende recensie van Honky Tonk Masquerade in 1978, ontstaat een aardig beeld van de persoon Joe Ely en waar hij vandaan komt. Bovenaan de pagina staat met grote blokletters JOE ELY en daar doorheen in grijs de tekst ’Lubbock, Texas: De mensen dansen er met hun hond en gooien met lege bierblikjes. Het is er behoorlijk loose…’. Mijn belangstelling voor deze IE-LIE wordt alsmaar groter. Dave Schmalz schrijft: ‘Ely is een kleine, moeilijk te typeren man, met zachte ronde trekjes. Hij spreekt plezierig zacht en duidelijk, zonder de slordigheden die je vaak aantreft bij mensen met een dergelijk verleden. Zijn taalgebruik is schitterend. Hij heeft een ruime woordenschat, voornamelijk opgebouwd uit simpele woorden, waardoor meteen duidelijk wordt waarom hij zulke meesterlijke teksten schrijft’.
Overigens heb ik me altijd afgevraagd wie zich verschuilde achter het pseudoniem Dave Schmalz. Want die naam, die kan niet anders dan verzonnen zijn. Bovendien staat er onder de elpeerecensie de naam Deef Schmalz.
In die recensie van Honky Tonk Masquerade wordt vooral benadrukt dat Ely ‘uit een tiental uiteenlopende country-, rock- en folkbronnen’ een homogeen geheel heeft weten samen te stellen. Ely brengt regionale stijlen uit Texas, Louisiana en Mexico op wonderbaarlijke wijze bijeen zonder dat het geheel rommelig overkomt. Hij is daar nooit mee opgehouden. Steeds weer laat hij nieuwe invloeden toe in zijn muziek. Cosmic American music, zo omschrijft Gram Parsons eind jaren zestig het door hem ingezegende huwelijk tussen rock en country. Joe Ely noemt het liever rockin’ country en tegenwoordig hebben we het over alt-country.
Joe Ely wordt in 1978 mijn held en hij is dat nog altijd. In die punktijd houd ik ook al van countrymuziek en dat wordt niet altijd begrepen. Klasgenoten denken dat country Kenny Rogers is, maar dat is natuurlijk hun probleem. Ik weet wel beter. The Clash neemt Joe Ely op sleeptouw en dat komt mij wel goed uit. Zo kan ik mijn vrienden laten weten dat country toch best cool is.
Eind 1994 beluister ik nieuwe opnamen van Joe Ely geruime tijd voordat ze op een cd verschijnen. Ik zit in het kleine woninkje van de Groninger gitarist Teye Wijnterp. De rotzooi is er groot, dat heeft alles te maken met een op handen staande verhuizing. Teye, een flamencogitarist, staat op het punt om te emigreren naar Amerika. De Groninger is tijdens een bezoek aan Austin via de pianoleraar van de dochter van Joe Ely in contact gebracht met de Texaan. De pianoleraar weet dat Ely broedt op iets nieuws, nadat hij inspiratie heeft opgedaan door de gedichten van Garcia Lorca en een bezoek aan Spanje. Maar de aartsvader van de altcountry weet nog niet goed wat hij met zijn nieuwe nummers moet beginnen. Hij laat Teye wat horen en vraagt of die er iets mee kan. Ely is zo onder de indruk van het gitaarspel van de Nederlander dat hij hem uitnodigt om in zijn band te komen spelen.
Die middag thuis bij Teye hoor ik voor het eerst de nummers die later zullen verschijnen als Letter To Laredo. Ik ben verbijsterd. Wat El Gitano Punky, de bijnaam die Spaanse zigeuners hem hebben gegeven, me laat horen is spectaculair. Ely zal een meesterwerk uitbrengen, zo is mijn indruk, en de rol van Teye daarin is waanzinnig. Een plaatsgenoot die de sound van mijn grote held uit Texas bepaalt, opgewonden en enigszins verdwaasd fiets ik naar huis.
Joe Ely heeft altijd fantastische gitaristen. Jesse Taylor, die in 2006 overleed, was in alle opzichten groots. Hij kon zelfs het kippengaas bol laten staan. Lloyd Maines is een fenomeen die in de moderne alt-country zijn sporen ruimschoots verdiend heeft. Dan is er David Grissom, verantwoordelijk voor de harde rock van Lord Of The Highway. Maar ook Ian Moore en een piepjonge Charlie Sexton spelen bij Ely. Zoals al door Lloyd Maines gezegd, Ely laat ze allemaal hun ding doen. De serie Pearls From The Vault moet duidelijk maken wat voor fraaie opnamen er nog allemaal in het archief liggen om alsnog te worden uitgebracht. Hopelijk zal zijn vrouw Sharon Ely nog veel materiaal beschikbaar maken.
Een album dat Ely in de jaren tachtig opneemt met Jeff Eyrich (producer van The Las Vegas Story van de Gun Club) is eigendom van MCA en die wilde tot dusver die opnamen niet vrijgeven. Eyrich nodigt tijdens de opnamen ergens halverwege de jaren tachtig steeds meer gasten uit in de studio. Ook Los Lobos is present. Maar Ely heeft niet meer de indruk dat het zijn plaat zal worden en stopt ermee.
Wat ook niet uitgebracht kan worden is de techno-mariachi die Joe Ely en zijn maatje Joe Strummer ergens in Mexico wilden opnemen. Voordat het plan kan worden uitgevoerd, komt de voorman van de Clash te overlijden.
Tijdens zijn leven slaagde Joe Ely er al die decennia in om spannende dingen te doen op het raakvlak van country en rock. Hij is de aartsvader van de alt-country. De pioniersrol van Ely is toch altijd wat onderbelicht gebleven. Op de uitgebreide Rhino-versie van Anodyne doet Uncle Tupelo samen met Ely het nummer Are You Sure Hank Done It This Way? Zeker weten. Joe Ely verdient daarboven een plaats naast Hank Williams, Gram Parsons, Townes Van Zandt, Guy Clark, Jerry Jeff Walker en al die andere grootheden die ons ontvallen zijn.




16/12/2025 Permalink
Love and Freedom staat heel hoog in mijn Wrapped list 2025 !!
Ik schrik me rot.
Een heel mooi ” In Memoriam ” John over onze beider held.
Bedankt.