Altcountry is een ruim begrip geworden. In de begindagen van Uncle Tupelo was dat nog niet zo. Het ging toen echt nog voornamelijk om jongelui die banjo’s en steelgitaren tevoorschijn haalden in donkere rockkelders. Apprentice To Ghosts (Blue Rose/Sonic Rendezvous) van Wrinkle Neck Mules klinkt alsof de jaren negentig net zijn begonnen. De vijf mannen uit Richmond, Virginia, brengen gruizige rock en ze zingen allemaal alsof ze de baard in de keel hebben. Wie er zingt is nooit duidelijk. Soms zou je zweren dat het Jay Farrar (Uncle Tupelo/Son Volt) is. Stone meer…



Het maakt niet uit welke wegen
Tsja, wat moet je van de tekst van het titelnummer The Fence (Berkalin Records) denken? I build a bit of me every time I build a fence, zingt
Na een verblijf van zes jaar in Mississippi keert Johnny Bertram terug naar het noordwesten van de Verenigde Staten waar hij oorspronkelijk vandaan komt. Het in Jackson opgenomen Neon City (Esperanza Plantation) markeert het afscheid.
De bekoringen van Goodbye Cinderella (Rootsy.Nu/Sonic Rendezvous) van
Hoe zou Moondance van Van Morrison hebben geklonken als Joe Cocker achter de microfoon had gestaan? Absurde vraag natuurlijk, maar op When Hellhounds Meet Angels And Other Sordid Love Stories (PHQ Records) staat een nummer dat deze vraag oproept. The Devil Sneaks In heet het. Een prachtige song met een Hammond B3. Heel veel nummers op deze plaat van
Liedjes met twee huilende steelgitaren, dat hoor je niet zo dikwijls. The Wolf Man van
Piano en accordeon speelt
Lekker losjes en een beetje slordig, zo horen we het toch het liefst. Een zanger die een beetje onvast zijn troepen aanvoert. Een twangende gitaar hier en wat klassieke rockriffjes daar. Geen mooie maniertjes, maar ingesleten gewoonten. Omdat het goed is zoals het gaat. Een hobbelend ritme gebracht met passie. Dat is wat Sleepin’ Single Drinkin’ Doubles (Brownsville Halsey Records) te bieden heeft. Mooie titel trouwens. Uitvoerenden: 