Het was, denk ik, afgelopen vrijdag in Paradiso voor het eerst dat Christian Kjellvander in Nederland optrad met een band. Eerder was ik wel al eerder bij een bandoptreden, maar daar moest ik voor naar Keulen (met mijn vrouw, onder het voorwendsel van een stedentrip. “Hé, er speelt vanavond een leuk bandje in een café hier maar 4 km vandaan.”).
Als je Kjellvander op Instagram volgt kan je zien dat meer…

De weg naar het debuutalbum Half Mile Harvest was lang en begon alweer zo’n twaalf jaar geleden in de straten van Melbourne, Australië. Al ‘buskend’ vergaarden de gebroeders Samuel en Joshua Teskey daar de nodige ervaring. Met Liam Gough (drums) en Brendon Love (bass) vonden de Teskey’s kort daarna de gewenste ritmesectie. The Teskey Brothers waren daarmee een feit. Veel spelen, veel schaven
“Dit is het allereerste nummer dat we ooit samen speelden”, zegt een bezwete en gelukkige Durand Jones. Het is de aankondiging van Giving Up. De setlist, inclusief toegiften, is
Zitten op een bankje in de tuin met een kop koffie en niets anders doen dan kijken hoe de kraaien en de honden elkaar uitdagen. Een ideaal begin van de dag aldus Nathan Bell. Bell is een aantal jaren uit de muziek geweest maar pakte in 2007 de draad op en staat vanavond in de kelder van het Amsterdamse Q-Factory. Voor het optreden loopt hij rustig door de zaal en schudt de handen van de trouwe volgers, een heerlijk relaxte sfeer vanavond bij het laatste optreden van zijn tour.
Zo’n drie jaar geleden hoorde ik de naam The Bones Of J.R. Jones voor het eerst; tijdens een optreden van Michel Ebben (Gravel Town) werd een cover van The Bones Of J.R. Jones door Ebben gespeeld. Hoewel de interesse, een nieuwe naam immers, was opgewekt duurde het toch nog even voordat de research daadwerkelijk aanving. Dit gebeurde pas na een recensie op deze site (zie: 
In Alkmaar begon de victorie. De stad hield in 1573 als eerste stand tegen het beleg van de Spanjaarden tijdens de tachtigjarige oorlog. Alkmaar heeft hun poppodium dan ook toepasselijk Victorie genoemd. Deze zondagavond zijn daar The Brandos te gast.
Voor het optreden van Brent Cobb hing Paradiso fantasievlaggen op die wel wat lijken op de vlag van de staat Georgia waar Cobb vandaan komt. Maar Cobb maakt in tegenstelling tot veel van zijn collega’s uit de Verenigde Staten vanavond geen politieke statements. Hij is hier om muziek te maken en verhalen te vertellen. Muziek uit het zuiden van Amerika, de ene keer lekker stevig, als bij staat-genoten Blackberry Smoke, dan weer ingetogen als bij Texaan Robert Earl Keen. Cobb zijn derde album, ‘Providence Canyon’ kwam eerder dit jaar uit en is steviger dan voorganger ‘Shine On Rainy Day’. Vanavond op he t podium klinkt het allemaal nog wat rauwer dan op het album, maar swingen doet het wel. En wat een uitstekende muzikanten heeft Cobb bij zich. ‘Diggin’ Holes’ begint driestemmig
Het beste heb ik met u voor. En met mezelf. Daarom reis ik elk jaar af naar het niet te verre buitenland om een mooi country- folk- of americanafestival te bezoeken en onder jullie aandacht te brengen. Dit jaar kwam ik uit op het driedaagse 

