De geschiedenis van Dukes Of Kent valt terug te voeren naar de midden jarig tachtig, als Markus Holler zitting heeft in de Britse neo-countryrockband The Fortunate Sons, opgericht door de zanger en gitarist van de fameuze Barracudas. Fijne platen wel, Rising in 1986 en Karezza in 1987. Dan probeert Holler het wat meer zelfstandig met zijn The Silent Blue, wat slechts in 1990 een mini-lp met zes nummer oplevert (maar wel geproduceerd door Nigel Godrich!). Die plaat verschijnt op Hollers eigen Sugarbush Records.
Op Sugarbush Records verschijnen in de loop der jaren meer…

Trummors lijkt een band, maar is een duo: Anne Cunningham en David Lerner. Vanuit Brooklyn, New York trok het hippie-duo eerst naar Woodstock voor de good vibes, maar daar vonden ze het net niet. Wat wel soelaas bood, was de high desert van Taos, New Mexico. Daar in die hippiekolonie zochten ze hun heil in psychedelica, folkrock en countryrock. Kosmische americana, vintage countryrock zeker, maar voor Dropout City dan toch wel de Californian way: de Palomino Sound-studio van Jason Soda in Los Angeles, daar waar ook platen van GospelbeacH
Bram Vanparys komt uit Gent. Gestart onder de bandnaam The Bony King of Nowhere, maar in feite een solitaire aangelegenheid, debuteert Vanparys in 2009 met Alas My Love, een mooi indiefolkalbum in het spoor van Fleet Foxes en Midlake. Twee jaar later volgt Eleonore en weer een jaar later een cruciale titelloze plaat. Cruciaal, omdat het een kale singer-songwritersplaat is van een introspectieve man-met-gitaar die zich laaft aan zijn eenzaamheid. En dan – zijn ware muzikale zelf ontdekt – is Bram Vanparys er klaar voor; klaar voor een album met grootse, gracieuze
Als je denkt dat de betekenis van Rick Nelson voor de popmuziek ophoudt bij de evergreen Hallo Mary Lou, dan heb je het mis (oké, er was in 1972 ook nog een hitje met Garden Party). Het aanvankelijke kindsterretje Ricky Nelson – met zijn hele familie hebben ze hoofdrollen in de comedyserie The Adventures Of Ozzy And Harriet – wordt later een popster, concurreert met Elvis en Ritchie Valens; een filmster, speelt een revolverheld naast John Wayne in Rio Bravo; en bevindt zich eind jaren zestig in het centrum van de Westcoast-countryrock: 9081 Santa Monica Boulevard. Oftewel:
Het is een mooie trits: The Dream Syndicate, Green On Red en Naked Prey. Zij debuteren opeenvolgend met mini-lp’s op Down There, het platenlabel van Dream Syndicate’s Steve Wynn: eerst The Dream Syndicate in 1982, dan Green On Red in 1983 en in 1984 Naked Prey. Naked Prey uit Tucson, Arizona: desertrock.
Hij zwaait de scepter over de Palomino Sound-studio in Los Angeles, Californië, alwaar hij onder meer albums van Gospelbeach, Whispering Pines, Lasers Lasers Birmingham en Lee Gallagher and The Hallelujah overzag: Jason Soda is engineer, producer en multi-instrumentalist. In de band van The Watson Twins – de eeneiige tweeling Chandra en Leigh Watson – komt Soda zanger, drummer, gitarist en toetsenist Russ Pollard tegen. In 2006 starten ze samen een band, vernoemd naar – Beatles-fan als ze zijn – het favoriete sigarettenmerk van Beatles-engineer Geoff Emerick: Everest. Everest bestaat
Het is een wat akelig fenomeen: downloads zonder een fysieke release. Naar mijn mening is algemeen aanvaard dat downloads een vluchtigere beleving zijn, en misschien zijn recensies van downloads dat ook: vluchtiger.
In 1970 heeft David Crosby de wereld aan zijn voeten. Hij maakte in de jaren zestig deel uit van een van de meest invloedrijke bands uit de pophistorie, The Byrds, en voor die band co-componeerde hij talloze uitzonderlijk fraaie songs (Eight Miles High, Why, Everybody’s Been Burned, Lady Friend, Triad). Crosby is bovendien lid van Crosby, Stills, Nash & Young, een supergroep die de wereld versteld heeft doen staan met Déjà Vu. Maar David Crosby verkeert in een diepe persoonlijke crisis omdat zijn vriendin, Christine Gail Hinton, in september ’69 is omgekomen bij een auto-ongeluk. Crosby zoekt de eenzaamheid op en vindt vertroosting in de oceaan,
Na het uiteenvallen van de band die Forever Changes heeft voortgebracht, formeert Arthur Lee in augustus 1968 een nieuwe Love. Jay Donnellan is de gitarist in deze Love-versie en is met zijn psychedelische spel zeer prominent aanwezig op Four Sail en Out There. Als Arthur Lee zijn bandleden opnieuw ontslaat trekt Jay Donnellan zich vanuit Los Angeles terug naar de heuvels van de San Fernando Valley, neemt de naam Jay Lewis aan en richt met twee vrienden The Morning And The Evening op. Het drietal – Lewis (gitaar, banjo), Jim Hobson (piano, orgel) en Barry Brown (gitaar, drums) – richt een provisorische studio in met de nogal 


