Nick Drake, Bert Jansch, John Martyn, Scott Matthews, Doug Ashdown en Tim Buckley zijn allemaal al eens genoemd in de in totaal vijf recensies van albums van Rupert Wates. Voor Father To The Man (Bite Music) voegen we daar Richard Thompson aan toe, omdat die naam opkwam bij het liedje The Lady And The King. Betekent dit dat deze Brit die al heel lang in Amerika woont een epigoon is van al deze collega’s? Geenszins, want ook al komen die namen op bij het beluisteren van het gitaarspel en de zang van Wates, hij maakt met zijn liedjes toch vooral erg duidelijk dat ze inhoudelijk uit het diepste van zijn innerlijk komen. Dat geldt helemaal voor deze conceptplaat die is opgedragen aan zijn vierjarige zoontje Gabriel. De eerste zes liedjes gaan over het kind, de laatste zes liedjes gaan over de man die zijn zoon ooit zal worden. Het is bovenal een werkstuk van verwondering en warmte. Wates (zang, akoestische gitaar) wordt slechts bijgestaan door Dave Pomeroy op staande bas. De reis door het leven van Father To The Man is er eentje van bewustwording. Op Nobody’s Man (But Your Own) raadt hij zijn zoon aan vooral zichzelf te blijven. ‘The man at the top will pay you in gold / To steal what is yours alone / Don’t pay him in kind don’t give him your soul / Be nobody’s man but your own.’
Reageren
»Nog geen reacties.
RSS feed for comments on this post.
Plaats een reactie