Het live-seizoen 2018-2019; de kop is er af met Once In A Blue Moon en de Sugar Mountain Presents-avonden op 1 en 2 september in Paradiso. Althans voor degenen voor wie Amsterdam geen brug te ver is. Hoe dan ook, een blik op de live-agenda leert ons dat het nu echt is losgebarsten. Een tiental artiesten waren het afgelopen weekend in Paradiso te zien. Wij bezochten de eerste avond en waren aangenaam verrast. Op zaterdag traden op: Luke Winslow-King, Gretchen Peters, Joshua Hedley, David Ramirez en de Ben Miller Band.
De eerste bezoekers betreden de grote zaal van Paradiso voor deze Sugar Mountain presents terwijl opener Luke Winslow-King nog wat klaar zet op het podium. De fans vooraan schudt hij enthousiast de hand, blij dat ze er weer zijn. Blues is het hoofdingredient van Winslow-King zijn muziek en zijn laatste album is toepasselijk getiteld Blue Mesa. Samen met vaste gitarist Roberto Luti klinkt die blues vanavond het ene moment lekker vuig en scheurend en dan weer hoppend vrolijk als een honky tonk ritme zoals in Farewell Blues. Jammer dat de accenten van viool en blazers van het album ontbreken, maar de fraaie slides en de gezellige koebel van de drummer maken veel goed. Er wordt wat aarzelend mee geklapt, het is nog vroeg in de avond, maar Winslow-King warmt het publiek lekker op.
Gretchen Peters treedt in de kleine zaal op met een heuse band. De bassist staat een beetje weggestopt achter op het podium. Hij heeft een microfoon voor zich staan, maar zal die avond geen noot zingen. Achteraf bezien was dat ook zeker niet nodig want la Peters heeft een prachtige stem en de koortjes van de toetsenist (Peters’ levensgezel Barry Walsh) en de gitarist waren krachtig genoeg. De folkzangeres putte vooral uit haar nieuwste album, Living With The Beast, dat ze opnam na de laatste presidentsverkiezingen in de VS. “Jullie kunnen wel raden wie het beest is”, zei ze. Een loepzuivere uitvoering van Witchita kwam al snel voorbij. Maar ook iets ouder werk van haar twee vorige albums passeerde de revue, waaronder The Matador, Five MinutesenWhen All You Got Is A Hammer. Peters en co sloten af met het ontroerende Idlewild.
De verwondering was groot toen het publiek vanuit de kleine zaal weer afdaalde naar het hoofdpodium. Daar liet de meest onbekende artiest van de avond, Joshua Hedley, zich begeleiden door een viermansband die keurig in witte overhemden met zijden sjaaltjes was gestoken. De pedal steel-speler had zelfs een echte stetson op. Mr. Jukebox, zoals de bijnaam luidt van Hedley, had zelf een grijs-wit gestreept pak aan en had zijn blote voeten gestoken in keurige cognacbruine monk straps. Allemaal goed en wel, het ging bij Hedley en de zijnen uiteindelijk vooral om de muziek. En die bestond uit bijna klassieke country, meestal de zelfgeschreven nummers van zijn debuut, toepasselijk ook Mr Jukebox getiteld. Die bijnaam kreeg hij overigens omdat hij op verzoek altijd wel een min of meer obscure countryklassieker uit zijn mouw kan schudden. Ook deze avond gooit hij er twee Willie Nelson-covers (waaronder Night Life) tussendoor.
Weer compleet anders is daarna het optreden van de op deze pagina’s eerder al luid bejubelde David Ramirez. De singer-songwriter uit Austin, Texas laat zich op deze toernee door Europa voor het eerst begeleiden door een band. Het is met vijf (bebaarde) mannen nog krapjes op het podium van de kleine zaal. Ramirez is net als Hedley een rasperformer, maar zijn muzikale repertoire is heel anders. Op de plaat, zoals te horen op zijn laatste werk We’re Not Going Anywhere, melancholiek en meeslepend. Maar live: hard, meedogenloos en toch ook vooral melodieus. In die zin past deze setting ook wel bij zijn soms rauwe teksten, zoals het die over het Amerika van tegenwoordig in Stone Age. Na Wandering, waarin Ramirez en zijn gitarist en bassist nog heel even een ZZ Top-pastiche doen, blijven Ramirez en de toetsenist nog achter voor een bloedstollend mooie uitvoering van We’re Not Going Anywhere, waarin ze hun middelvinger opsteken naar de dood.
In de grote zaal zit de Ben Miller Band dan al op het publiek te wachten. Miller en zijn kompaan Scott Leeper, die een zelfgebouwde eensnarige wastobbe bas bespeelt, hebben sinds een een paar jaar gezelschap gekregen van gitarist/bassist, wasbordspeler Smilin’ Bob en wild dansende violiste Rachel Ammons. Vooral de laatste is met haar haren tot onder de kont een flinke blikvanger. Het recept van de Ben Miller Band is echter niet veranderd: stampende countryblues op zelfgemaakte instrumenten. Vooral als Leeper plaats neemt achter de drumkit gaat het goed los. De variatie en muzikale rijkdom die op het laatste album te horen is, gaat dan wel verloren. Je kunt je ook afvragen of met die zelfgemaakte instrumenten en die nadruk op de performance van Ammons niet teveel nadruk op vooral de act van de Ben Miller Band komt te liggen. Hoe dan ook, een groot deel van het publiek gooide naarmate de set vorderde de beentjes los van de vloer.
Zo was het een gevarieerde avond die liet zien hoe breed het genre tegenwoordig is: blues, folk, (alt)country en boogie, het was er allemaal. Mooi bij-effect is dat artiesten die normaal gesproken misschien niet een heel groot publiek zouden trekken nu voor een volle kleine zaal stonden. En je ontdekt nog eens wat!
Foto’s en tekst: Peter Hageman
Tekst: Hugo Vogel
04/09/2018 Permalink
David Ramirez die zaterdagmiddag op Tuckerville gezien. Toch heel anders dan op de albums. Live is het veel krachtiger, veel meer power. Echt genoten!